Jaguar heeft gewaagde keuzes gemaakt. Geen onderstel van Land Rover geleend, maar de basis van de F-Type gebruikt. Dat klopt, een sportwagenonderstel om een SUV te ontwikkelen, kwestie dat het snor zit met de Sport in SUV.

Best breed

Jaguar legt ook helemaal de nadruk op dat sportieve, zozeer zelfs dat niet iedereen er een ‘jeep’ in herkent. Met een lengte van 4,73 meter neemt hij mooi tussen de Discovery Sport en de Discovery plaats. Hij is net geen 2 meter breed en dat merk je wel in de parkeervakken. Gelukkig is zijn draaicirkel al bij al nog beperkt, wanneer je rekening houdt met zijn omvang. Het stuur is vrij direct gehouden, met slechts 2,5 omwentelingen om de volledige draaiweg af te leggen.

De 3.0 V6 diesel heeft een hoger doel in het leven, zoals we vorige keer al schreven: de Porsche Macan pesten. Daarnaast wil Jaguar ook bij de minder gefortuneerden en vooral bij de fleet kunnen scoren met deze ‘basisversie’. De 2.0 viercilinder Ingenium diesel kennen we inmiddels uit de XE en uit de S-Type. We vinden hem hier terug met 180 pk en 430 Nm, gekoppeld aan de achttrapsautomaat. Die komt aan 139 gram CO2, maar met de manuele zesbak en alleen achterwielaandrijving daalt die uitstoot zelfs naar 129 gram CO2. Die laatste weegt dan ook 90 kilogram minder dan de automaat met 4x4 (1.775 kilogram).

Liever op asfalt, maar…

De F-Pace is duidelijk meer voor klassiek asfalt ontwikkeld. De vierwielaandrijving stuurt in gewone omstandigheden tot 90 procent van het vermogen naar de achteras, maar kan dat wisselen al naargelang van de omstandigheden. Hij beschikt niet over de terrain response van Land Rover, maar heeft wel een deel van die technologie in zijn software ingebakken. Bij lage snelheden kan je gebruik maken van een alternatieve functie van de cruise control, die vervolgens off road alles in het werk zal stellen om die snelheid constant te houden, tot maximaal 30 km/u.

Maar je voelt dat de F-Pace zich meer op zijn gemak voelt op asfalt. Zelfs de basisversie voelt snedig aan, met al zijn koppel dat al bij 1.750 opm voor het grijpen ligt. Hij haalt 100 in 8,7 seconden. Standaard komt hij met verschillende rijmodi – dynamisch, gewoon en eco – die elk een duidelijk verschillend karakter hebben. Bij een gewone rijstijl heb je voldoende aan 7,1 l/100 km, op de snelweg zakt hij zelfs makkelijk onder 7 liter.

Over zijn dynamische kwaliteiten zal je ons niet horen klagen, we moeten nu nog lachen als we denken aan onze ritten in de Jaguar F-Pace. Alleen betaal je daar een prijs voor. Bij een rustige rit toont de F-Pace zich weinig vergevingsgezind op slecht wegdek. Weg is dat golvende veerkarakter van een gewone SUV, de F-Pace tackelt de putten en de drempels droog en hard.

Gunstig geprijsd

In basisuitvoering kost de Jaguar F-Pace 2.0d 43.050 euro. Daarmee duikt hij onder de prijs van de Mercedes GLC, maar ook onder de BMW X4. Met automaat en vierwielaandrijving kom je aan 48.250 euro. Het is typerend voor deze tijd dat Jaguar zijn heil moet zoeken in een SUV om het merk meer verkooppunch te geven, maar het merk heeft er in elk geval alles aan gedaan om een knappe SUV neer te zetten.