In een land dat zelf kampt met een grijs imago, is het opmerkelijk dat de Auris geen grote hitmachine is geworden. Op dat saaie uiterlijk na, reed hij bijna even goed als een Golf, en konden ze bij VW nog iets leren van de interieurafwerking van de Auris… wat VW ook gedaan heeft met de nieuwe Golf.

Toyota plant voor dit jaar een groot modellenoffensief, dat helaas in de schaduw dreigt te verzeilen door ‘gaspedaalgate’. De Auris heeft nochtans die extra aandacht hard nodig. Uiterlijk heeft hij dankzij enkele scherpe pennentrekken wat meer gezicht en body gekregen. Achteraan kreeg de hatchback bredere lichtblokken.

Voor de binnenkant vroegen de ingenieurs aan de klanten wat ze graag gewijzigd zagen. Zo sneuvelde de excentrieke handrem en werd het soft touch plastic verder doorgetrokken. De tellerpartij is vernieuwd en rijker aan contrast.

Euro 5-klaar

De motoren zijn de oude bekenden, al zijn ze aangepast aan de Euro 5-uitstootnormen. De 1.3 Dual VVT-i benzinemotor kreeg er een start/stop-mechanisme bij om het verbruik te drukken. Toyota geeft 5,9 l/100 km op, maar in de praktijk heeft de motor de handen vol aan de 1,4 ton zware Auris. Het constructeurscijfer blijft dan ook een verre droom, als het al geen illusie is. Je moet veelvuldig de manuele zesbak aanspreken om er de vaart in te houden, zeker bergop.

Helemaal anders vergaat het de turbodieselmotoren. De 1.4 met 90 pk is een Belgische publiekslieveling. Hij is 90 pk en 205 Nm sterk, verbruikt gemiddeld 4,8 liter (volgens Toyota) en blijft op een gemiddelde CO2-uitstoot hangen van 118 gram. Net te veel voor een staatskorting dus. Daarvoor is het wachten op de hybride Auris, die er dit najaar aankomt. Daarvoor geeft Toyota een CO2-uitstoot van 89 gram op. Daarvoor doet hij een beroep op de combinatie benzinemotor-elektromotor uit de Prius.

Leukste diesel

De leukste vinden wij echter de 2.0 D-4D, met 126 pk en 310 Nm koppel tussen 1.800 en 2.400 opm. Hij is krachtig genoeg om in elk van zijn zes versnellingen snedig te accelereren (0-100 km/u: 10,3 sec). Met 5,2 l/100 km (CO2: 138 gr, met roetfilter) blijft zijn dorst beheersbaar. Om de veeleisende Europese bestuurder ter wille te zijn, heeft Toyota enkele aanpassingen gedaan aan de ophanging. Hij stuurt strakker, en door een aanpassing van de stuurbekrachtiging reageert hij sneller op bestuurderscommando’s.

De nieuwe Auris moet 15.815 euro kosten in zijn 1.3 benzineversie, de 1.4 D-4D kost 16.850 euro. Dit zijn ook de enige driedeursversies. De vijfdeurs voegt daar nog de 2.0 D-4D aan toe (21.605 euro) en een 1.6 benzine (19.685 euro). De Auris laat een degelijke indruk na, maar zo kunnen we nog wel een stuk of wat auto’s bedenken in dit segment. Het is weinig waarschijnlijk dat de Belg zijn liefde voor de Golf zal afzweren voor deze vernieuwde Auris.