Polestar heeft al een hele weg afgelegd. Waar het in het begin nog het bedrijfje was dat op eigen initiatief Volvo-modellen veel sportiever maakte, en later ook het raceprogramma uitvoerde van Volvo, is Polestar intussen volledig eigendom van Volvo. In 2017 bracht het zijn eerste auto onder eigen naam uit, de ‘1’ die we recent nog konden testrijden. Maar tegelijk heeft Polestar nog steeds een plaats binnen Volvo zelf. Onder de vlag ‘Polestar Engineered’ mag Polestar het Volvo-gamma sportiever maken. Het is – opnieuw – de 60-familie (S60, V60 en XC60) die deze badge mag inhuldigen. We mochten ontdekken wat dat juist inhoudt met de Volvo XC60 Polestar Engineered.

Sportief en discreet

De Polestar-modellen kan je vergelijken met een S bij Audi of een M Performance bij BMW. Maar we zien meteen dat de Polestar Engineered XC60 de zaken toch heel anders aanpakt. Zo is de XC60 zo mogelijk nog discreter dan voorheen. Je moet al naar de details kijken om te zien dat de achterbumper hertekend is om grotere uitlaten in onder te brengen. Hij heeft ook gele (goud volgens Polestar) remklauwen en natuurlijk Polestar Engineered-badges op kofferklep en grille. Ook aan boord zijn de verschillen miniem. Op de gele veiligheidsgordels na dan.

Ook hybride

Je merkt al snel dat discretie ook in de rijdynamiek de overhand heeft gehaald. De Volvo XC60 Polestar Engineered wint weliswaar een handvol paarden in vergelijking met het model waarop hij is gebaseerd: de plug-in hybride XC60 T8. De Polestar legt zo in totaal 405 pk voor. Het merendeel is op het conto te schrijven van de 2-liter benzinemotor die uit zijn vier cilinders 318 pk distilleert. De elektrische motor is 87 pk sterk en kan de XC60 enkele tientallen kilometers louter elektrisch voortbewegen. Wat hem meteen ook erg interessante cijfers oplevert: een gehomologeerd gemiddeld verbruik van 2,4 l/100 km en 50 g/km CO2-uitstoot. Daar kunnen de sportieve Duitse SUV’s niet mee wedijveren.

Maar zoals ik hierboven al stelde, zien de Zweden de zaken heel anders dan de Duitsers op de weg. Hoewel je over rechtuitpush niet te klagen hebt – 0-100 km/u in 5,4 seconden – blijft hij voor de rest erg Volvo aanvoelen. Zelfs met Öhlins-dempers die je zelf kan instellen, blijft de keuze toch erg op comfort ingesteld. Het stuur blijft nog steeds licht aanvoelen, terwijl de remmen weliswaar krachtig zijn maar nooit brutaal aanvoelen. Sportief, maar in een fluwelen jasje dus. Dat heeft ook zijn charmes. De Volvo XC60 Polestar Engineered is geen echt sportieve SUV, maar eerder een gespierde SUV die vooral comfort op lange verplaatsingen wil kunnen aanbieden. Is dat niet waarom je een Volvo koopt uiteindelijk?