Sinds Europa zijn uitstootdoelstellingen voor CO₂ bekendmaakte, staan autofabrikanten onder grote druk, bedreigd door boetes die in de miljarden kunnen lopen. Nu geven de Europese Commissie en het Europees Parlement twee jaar extra respijt.
Gemiddelde over drie jaar
Europa werpt de autofabrikanten een flinke reddingsboei toe. Die komt niet zomaar uit de lucht vallen: lobbygroepen dringen al sinds de aankondiging van de CO₂-doelen aan op uitstel. Neem bijvoorbeeld de Volkswagen-groep: het Europese doel bedraagt gemiddeld 95 g/km CO₂ over het volledige modellengamma, terwijl de Duitsers vorig jaar nog op 123 g/km zaten.
De nieuwe CO₂-doelstellingen gelden niet langer enkel voor auto’s die in 2025 verkocht worden, maar worden berekend als een gemiddelde over drie jaar (van 2025 tot 2027). Zo blijven de oorspronkelijke doelen behouden, maar met wat extra ademruimte. Fabrikanten die in 2025 nog niet voldoen, kunnen dat in de daaropvolgende twee jaar goedmaken. En voor wie al onder de norm zat, zijn de eerdere inspanningen zeker niet voor niets geweest.
Deze maatregel moet de autosector wat meer ademruimte geven, vooral Europese merken die het steeds moeilijker krijgen tegenover de opmars van Chinese concurrenten. Naast deze versoepeling belooft de Europese Commissie ook extra steun voor de ontwikkeling van autonome voertuigen en financiële ondersteuning voor de Europese productie van batterijen voor elektrische auto’s.
