Ford Taunus Een overzicht
Bekijk hier een compleet overzicht van de auto Ford Taunus, inclusief details van de belangrijkste kenmerken, motorisering, uitrusting en andere nuttige informatie over het model. Lees verder
Interesse in een Ford Taunus
Onze expertise over jouw zoekopdracht
Alternatieve modellen
In Duitsland stond Taunus lange tijd synoniem voor autos van Ford
Voordat de Amerikaanse autofabrikant Ford zijn voertuigen in Duitsland onder het eigen label verkocht, rolden er van 1939 tot 1966 in de rond Keulen gevestigde fabrieken van de fabrikant meerdere generaties van heel verschillende middenklasseautos onder de merknaam Taunus van de band. De kleinere modellen kwamen sinds 1952 onder de namen Taunus 12 M en 15 M op de markt, de grotere modellen onder de namen Taunus 17 M of 20 M. In plaats van het ovale blauwe Ford-logo hadden de meeste sedans, combis, coupés en cabriolets uit deze series een eigen rood/wit logo. Lange tijd stond Taunus in Duitsland dan ook synoniem voor autos van Ford. Pas in 1966 dook de naam van de fabriek op de voertuigen op. Van 1970 tot 1982 gebruikten de Keulenaren de traditionele naam vervolgens voor hun middenklasse serie Ford Taunus TC.
Het begin van het Taunus-tijdperk
De traditie van de Ford Taunus begon in 1939 met de Ford Taunus G93A, die later de bijnaam Bochel kreeg. Deze auto was voor Ford Duitsland tegelijkertijd bepalend voor de eerste productiejaren (1948-1952) direct na de Tweede Wereldoorlog. In 1952 werd de opvolger Taunus 12 M/15 M gepresenteerd. Deze was als sedan, combi en cabriolet verkrijgbaar en had in plaats van het rood/witte Taunus-logo een kleine wereldbol op het radiatorrooster. Op deze Taunus volgde in 1962 een nieuwe generatie van de Taunus 12 M die wederom in drie carrosserieversies geproduceerd werd. De laatste generatie van de Taunus 12 M werd van 1966 tot 1970 als sedan, combi en coupé geproduceerd.
De Ford Taunus uit de hogere middenklasse
Het eerste Taunus model uit de hogere middenklasse werd in 1957 gepresenteerd: de Taunus 17 M. Het model kwam met chroomelementen en opvallende staartvinnen in een Amerikaans design de straat op. Hij werd geproduceerd als sedan, combi en in een kleine oplage ook als cabriolet. De Ford ontwerper Uwe Bahnsen, die later ook de Ford Capri ontwierp, was verantwoordelijk voor de tussen 1960 en 1968 geproduceerde opvolger. Deze onderscheidde zich met zijn ronde vormen voor het eerst duidelijk van de carrosserieontwerpen van het Amerikaanse moederconcern van Ford. De nieuwe Taunus 17 M rolde als tweedeurs sedan, als driedeurs sedan en als combi van de band. Bovendien werden er ook een klein aantal cabriolets en coupés op basis van de 17 M gebouwd. De in 1968 gepresenteerde opvolger droeg voor het eerst niet meer de merknaam Taunus en werd in plaats daarvan op de markt gebracht met het Ford-logo op de achterkant van de auto en op het radiatorrooster. Tot aan het einde van de productie in 1971 werd hij met verschillende motoren als Ford 17 M, 20 M en 26 M als sedan, combi, cabrio en coupé geproduceerd.
De Ford Taunus TC
De Taunus traditie werd vanaf 1970 voortgezet met de nieuw ontwikkelde Ford Taunus TC. Deze werd als sedan en combi en tot 1976 ook als coupé geproduceerd. In de twaalf jaar waarin hij geproduceerd werd, werd het uiterlijk van de Ford Taunus TC licht gemoderniseerd tijdens een wat groter modelonderhoud in 1976 en 1980. Technisch gezien modificeerde Ford zijn middenklassemodel daarentegen nauwelijks in deze periode. De achterwielaangedreven Taunus TC werd als goedkoopste model aangeboden met een 1,3 liter motor. Deze had een prestatievermogen van 40 kW (55 pk). Het topmodel beschikte over een 2,3 liter V6-motor met 79 kW (108 pk). Halverwege 1982 beëindigde Ford uiteindelijk het tijdperk van de Taunus. De Taunus TC werd toen vervangen door de Ford Sierra.