Volhard de Europese Unie, dan mogen automerken per 2035 alleen nog maar 100% emissievrije voertuigen verkopen. Dat staat zwart op wit in de “EU CO2 emission performance standards”. Automerken krijgen echter niet tot 2035 vrij spel, want volgend jaar (2025) volgt er al een stevige verstrenging. Voldoen merken die auto’s verkopen in Europa niet aan die regels, dan hangen er miljardenboetes boven het hoofd. We leggen het je uit.

Strenger vlootgemiddelde

Wat zijn dat nu net, die strengere CO2-uitstootnormen van de EU? Simpel! Verkoop je als automerk in Europa auto’s, dan moeten al die voertuigen een gemiddelde C02-vlootwaarde voor kunnen leggen die voldoet aan de Europese eis. Op dit moment moet een automerk nog een gemiddelde vlootwaarde voor kunnen leggen van 118 g/km C02 volgens de WLTP-cyclus. Of anders gezegd: tel je alle WLTP CO2-waarden van de verkochte auto’s op en neem je daar het gemiddelde van, dan moet dat getal 118 zijn of lager.

Vanaf 2025 vindt er een stevige verstrenging plaats. Want vanaf 2025 mag de vlootwaarde gemiddeld nog maar 94 g/km C02 bedragen. Een cijfer dat je eigenlijk niet kan halen zonder een vorm van elektrificatie (hybride, plug-inhybride of EV) in het gamma. Waardoor het misschien wat duidelijk wordt waarom er plots zoveel elektrische auto’s bij de dealer staan.

Europa zou Europa niet zijn als er natuurlijk niet wat extra regels van toepassing zijn. Zo blijven automerken met een zeer beperkte oplage buiten schot (denk hypercar-merken zoals Pagani, Koenigsegg, etc) én mogen merken samenwerken in een grotere poule. Zo kijkt Europa niet naar de vlootwaarde van Skoda en Audi apart, maar wel naar die van de Volkswagen Group. Idem voor Stellantis en de Renault-Nissan-Mitsubishi alliantie. Tenslotte krijgt élk concern zijn eigen opgelegde norm, gebaseerd op het aantal voertuigen dat het verkocht in 2021. Zo moet Volvo aan 90 g/km C02 geraken, terwijl Stellantis nog genoegen kan nemen met 96 g/km. Jep, welkom in Europa.

Hoe staan de merken er voor?

Wel, niet zo bijster. Dat blijkt alvast uit cijfers van The International Council on clean transportation (ICCT). Gaan we kijken naar de 10 grootste producenten (exclusief Tesla, want die verkopen 100% elektrische auto’s en voldoen derhalve aan de strengere CO2-uitstootnorm). Dan zitten ze momenteel gezamenlijk aan 107 g/km C02. Wat een reductie van 12% betekent naar volgend jaar toe. Dat klinkt fors, maar haalbaar. Ga je echter per producent kijken, dan merk je dat het voor sommige merken pittig zal worden.

Zoals je hierboven kan zien zitten BMW, Kia en Stellantis al dicht bij het door Europa opgelegde target voor 2025. Met een C02-reductie voor de vloot van om en bij de 10%. Ford en de Volkswagen Group zitten in een lastiger parket, want die moeten de gemiddelde C02-uitstoot van de verkochte vloot doen dalen met 21%. Zonder twijfel wordt dat nog een serieus huzarenstuk volgend jaar.

En o ja, Volvo, met de meest strenge opgelegde uitstootnorm? Die zit volgens ICCT al vlot onder de 90 g/km CO2. Waardoor het Zweedse merk met een gerust hart 2025 in kan rijden.

Wat gaat er gebeuren?

Je kan er grof geld opzetten dat automerken er alles aan zullen doen om de CO2- targets van volgend jaar te halen. De Europese Unie legt namelijk stevige boetes op indien een autoproducent niet voldoet. Voor elke g/km boven het target, betaalt een producent 95 euro per verkochte auto dat jaar. Of in mensentaal: stel dat een automerk volgend jaar zijn Europese CO2-target mist met 5 g/km terwijl het 100.000 auto’s verkocht, dan kijkt het merk naar een boete van 47,5 miljoen euro. Kleine voetnoot: de Volkswagen Group verkoopt ruwweg 3 miljoen auto’s per jaar in Europa. Met dezelfde 5 g/km boven het doel van hierboven, spreken we dan over een boete van - hou je vast - 1.4 miljard euro.

Wat wil dit nu in de praktijk zeggen? Wel, de kans is reëel dat je volgend jaar niet zomaar kan kopen wat je wil bij een dealer. Want merken zullen de focus leggen op EV’s en plug-inhybrides. Sportwagens met relatief hoge CO2-waarden zullen eerder beperkt gebouwd worden. Een andere optie is het verder versmelten van merken met elkaar in een poule. Volkswagen zou bijvoorbeeld maar 8% meer EV’s moeten verkopen als het zich vasthoudt aan Tesla. Al is het maar de vraag of de Amerikaanse constructeur hier zin in heeft. Want wie de macht heeft… bepaald vaak de regels.