Maserati Levante GTS & Trofeo: Eindelijk sportief

Te bescheiden, de Maserati Levante? Tja, wanneer je Maserati heet, kan je maar moeilijk tevreden zijn met een V6 met 430 pk als topmotor. Dat is niet slecht, maar wanneer je een prestigieus blazoen als dat van Maserati te verdedigen hebt, dan volstaat dit niet. Dat besef is ook bij Maserati doorgedrongen. Het merk schuift daarom twee meer sportieve varianten van de Levante naar voor: de GTS en de Trofeo. Hiermee doet voor het eerst een V8 biturbo zijn intrede in de Maserati Levante. Het is de motor die we al kennen uit de Quattroporte. In de Maserati Levante GTS krijgen we hem in een configuratie met 530 pk, in de Trofeo wordt dat zelfs 580 pk. Op de MC12 na, kan je zeggen dat dit de krachtigste Maserati ooit is.

Rillingen

We willen meteen die motor horen van zodra we aan boord plaatsnemen. Hij antwoordt met een karakteristieke grom die ons meteen rillingen bezorgt. Voor we de weg op gaan, laten we ons oog nog even over het interieur gaan. Er valt niet aan te ontkomen, zijn tekortkomingen blijven dezelfde: een middentunnel die een plaats in het midden op de achterbank onmogelijk maakt en een multimediasysteem dat niet in dezelfde klasse thuishoort als dat wat zijn Duitse rivalen aanbieden. Het kan een reden zijn voor klanten om hun neus op te halen voor de Levante.

Maar niet voor ons. Voor ons zijn dit slechts details die zijn Italiaanse temperament alleen maar benadrukken. Een Maserati is anders dan de anderen. Hij is geen koude perfectionist, maar zweert bij emoties, en alle tekortkomingen die daaruit voortvloeien. En emoties, die komen er snel aan.

Sportief

Op papier lijkt de Maserati Levante Trofeo de meest indrukwekkende combinatie voor te leggen. Hij heeft 580 pk, hij heeft zijn ‘corsa’ rijmodus die alle rijhulpen lamlegt, hij ziet er sportiever uit dan de GTS, maar behoudt wel nog een klassevolle uitstraling. Maar op de weg is het gek genoeg zijn kleinere broer GTS die ons meer weet te charmeren. Net zoals we ook Porsche Cayenne Coupé S de voorkeur gaven op de Cayenne Coupé Turbo.

Eerst en vooral voel je weinig verschil tussen de motor van de Levante GTS en die van de Levante Trofeo, nochtans 50 pk sterker. Maar beide zijn net zo gewillig om toeren te maken en staan steeds klaar om te spelen. Bovendien heeft de Trofeo een lager en strakker onderstel, wat hem minder comfortabel maakt. Maar dat maakt hem niet voelbaar efficiënter. De Maserati Levante blijft een gezinsauto, geen radicaal sportieve coupé. Het lijkt weinig zin te hebben om het comfort van de Levante GTS op te offeren voor enkele tienden van een seconde. We merkten ook dat op de gladde wegen in de Champagnestreek waar onze testritten plaatsvinden, de GTS zich nooit op een foutje liet betrappen. Dat dankt hij natuurlijk aan zijn vierwielaandrijving die weliswaar de achterwielen steeds de voorkeur geeft, maar zonder twijfelen de voorwielen aan het werk zet wanneer dat nodig is. Zelfs bij het remmen slaagt hij erin te doen vergeten dat hij eigenlijk 2.170 kilogram weegt. Wel doet een Porsche Cayenne dat nog iets beter. Maar eigenlijk slagen de Levante GTS en de Levante Trofeo erin om het duel met Porsche scherp te houden. Ze voegen daar bovendien meer emotie aan toe.

Naar ons gevoel vult de Maserati Levante GTS het best een gemis op in het gamma. De Levante tot nu was niet ernstig genoeg om klanten van Duitse premium-SUV’s te overtuigen, en niet speels genoeg om liefhebbers van emotionele Italiaanse merken binnen te halen. Die laatste categorie lijkt nu wel een plaats te krijgen bij Maserati.

En nu elektrisch?

De Levante met V8 zou wel eens de laatste in zijn soort kunnen zijn. Maserati ziet zijn toekomst vooral elektrisch, met ook hybride tussenstappen. Maar dat maakt dat dit wel eens de laatste kans zou kunnen zijn om te genieten van een echte V8 benzine. Het lijkt wel nu of nooit voor wie dat nog eens wil meemaken.