Audi heeft het zichzelf niet makkelijk gemaakt met zijn modelbenamingen. Vroeger heetten de plug-inhybride modellen met vier ringen ‘E-Tron’, nadien gebruikte Ingolstadt die benaming voor zijn eerste elektrische SUV. Die kreeg vorig jaar het gezelschap van de E-Tron GT, die zijn basis met de Porsche Taycan deelt, en dit jaar van de Q4 E-Tron.

De Duitsers hebben hoge verwachtingen van die Q4 E-Tron. Daarvoor hoef je alleen maar naar de technische fundamenten te kijken: het MEB-platform van de Volkswagen-groep, dat de Volkswagen ID.3, ID.4, de Skoda Enyaq iV en de Cupra Born ook gebruiken. Met andere woorden: deze Q4 E-Tron moet het volumemodel van Audi’s elektrische gamma worden, en dat verklaart ook waarom hij ook meteen als SUV-coupé wordt gelanceerd, de Q4 Sportback E-Tron.

Gunstigere stroomlijn

Die ziet er – op de daklijn na – niet fundamenteel anders uit. De Sportback is eveneens 4,59 meter lang, pakt uit met dezelfde wielbasis van 2,76 meter en beschikt vooraan en achteraan dus ook over korte overhangen. Vooraan domineert ook hier het grote Singleframe-radiatorrooster, dat bij de elektrische E-tron-modellen dichtgewerkt is en als een schild dient voor allerlei radars en sensoren. In levenden lijve ziet de Q4 Sportback E-Tron er trouwens compacter uit dan hij op foto lijkt: we zouden het bijna een mini-versie van de grote en logge E-Tron Sportback durven noemen.

Het grote verschil dat deze Sportback met de gewone Q4 E-Tron maakt, is natuurlijk de daklijn. Die doet de hoofdruimte voor de passagiers achteraan wat afnemen, maar levert verder eigenlijk enkele verrassende voordelen op. Zo is de kofferruimte met de achterbank rechtop 535 liter, 15 liter meer dan in de gewone Q4 E-Tron. Dat voordeel gaat weliswaar verloren als je de achterbank neerklapt: 1.460 liter tegenover 1.490 liter. Het belangrijkste voordeel van deze Sportback is echter de gunstigere stroomlijn: een lagere luchtweerstandscoëfficiënt (0,26 tegenover 0,28) levert enkele kilometers meer rijbereik op.

Modern en klassiek

Verder is het interieur identiek. Het specifieke elektrische platform doet ook hier de middentunnel verdwijnen voor de passagiers achteraan, zodat die over wat meer voetruimte beschikken. Het dashboard vooraan volgt het moderne Audi-designboek, met veel scherpe lijnen en vlakken, dieptes en geometrische vormen. Fijn is dat de Duitsers de bediening voor de versnellingsbak op een hoger ‘tableautje’ plaatsen en de ruimte eronder optimaal benutten voor opbergruimte.

Ook fijn: geen streelstrookjes voor de klimaatregeling zoals in de ID.4 of Enyaq, maar een klassieke bediening. De rest bedien je wel via het centrale touchscreen van 10,1 of 11,6 duim (afhankelijk van de uitvoering), en via de nieuwe ‘touchpads’ op het zeshoekige stuur, die onvermijdelijk ook bij Audi hun opwachting maken en die zich minder vlot laten bedienen dan de knopjes van vroeger. Evolutie is niet altijd vooruitgang.

Gedeelde fundamenten

Net als de Volkswagen ID.4 en Skoda Enyaq iV gebruikt de Audi Q4 E-Tron een batterij met capaciteit van 52 kWh of 77 kWh. De kleinste batterij is gekoppeld aan een elektromotor op de achteras die 170 pk (125 kW) produceert. De grootste batterij combineer je met een krachtigere elektromotor achteraan van 204 pk (150 kW) of een duo elektromotoren op de vooras en achteras van in totaal 299 pk (220 kW). Ook de Q4 Sportback E-Tron laat je uit deze componenten kiezen.

Wij reden onze testrit met de Q4 Sportback 40 E-Tron, Audi-codetaal voor de versie met 77 kWh-batterij en elektromotor van 204 pk en 310 Nm. Die tikt vanuit stilstand 100 km/u aan na 8,5 seconden en houdt het bij 160 km/u voor bekeken. Op een volle batterijlading moet hij 460 tot 534 kilometer ver geraken, afhankelijk van de aankleding. In de praktijk kwamen wij in winterse testomstandigheden op een stuk minder uit: een gemiddeld verbruik van 22,8 kWh/100 km leverde een rijbereik op van zo’n 340 kilometer.

Naast de lage temperaturen spelen ook hier de kilo’s mee in dat hoge verbruik: met 2,1 ton op de weegschaal is deze Q4 Sportback E-Tron een zware jongen. Met dank aan de batterijkilo’s natuurlijk, die de ophanging vooral bij lagere snelheden niet optimaal weggefilterd krijgt, met soms nerveuze reacties als gevolg. Bij hogere snelheden vindt de Audi zijn ritme wel, terwijl hij even soepel en responsief reageert als zijn stalgenoten bij Volkswagen en Skoda.

Prijzen

Audi vraagt minstens 46.400 euro voor zijn Q4 Sportback E-Tron, oftewel 2.000 euro meer dan de gewone Q4 E-Tron. Voor de 40, met batterij van 77 kWh en elektromotor van 204 pk, betaal je wel al meteen meer: 52.440 euro. Je zult onvermijdelijk wel nog je portefeuille open moeten trekken: ook vandaag en in dit segment laat Audi je bijvoorbeeld nog bijbetalen voor dingen als een achteruitrijcamera...

Kijk je naar alternatieven binnen de Volkswagen-groep, dan is er de gloednieuwe Volkswagen ID.5. Als Pro Performance verpakt hij dezelfde batterij en elektromotor, en zet hij 49.890 euro onder de streep. Bij Skoda is het nog even wachten op de Enyaq iV Coupé, maar de gewone Enyaq met dezelfde aandrijflijn kost volgens de Tsjechen 48.820 euro.

Conclusie

De Audi Q4 E-Tron moet het hoog scorende volumemodel worden bij de elektrische Audi’s, en krijgt daar de intussen bekende componenten voor van de Volkswagen-groep. Bij de Sportback boet je amper in aan praktisch gebruiksgemak en moet het verbruik iets lager liggen, al blijft het zeker in de winter aan de hoge kant. Desondanks, en ondanks zijn hoge totaalfactuur pakt de Audi uit met een kwalitatief interieur dat gebruiksvriendelijker is dan dat van zijn stalgenoten. Tel daarbij het merkimago, en onder de zakelijke rijders zou deze Q4 E-Tron wel eens de lachende derde kunnen worden in de interne strijd tussen de ID.4 en de Enyaq. Ook als Sportback.